Vaillant Auroflow VPM Handleiding


Lees hieronder de 📖 handleiding in het Nederlandse voor Vaillant Auroflow VPM (28 pagina's) in de categorie Diversen klimaatbeheersing. Deze handleiding was nuttig voor 142 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld

Pagina 1/28
Voor de installateur
Installatie- en onderhoudshandleiding
Zonnelaadstation
VPM 20/2 S, VPM 60/2 S
BEnl, NL
Installatie- en onderhoudshandleiding
Uitgever/fabrikant
Vaillant GmbH
Berghauser Str. 40   D-42859 Remscheid
Telefon 021 91 18‑0   Telefax 021 91 18‑28 10
info@vaillant.de   www.vaillant.de
Inhoud
2Installatie- en onderhoudshandleiding Zonnelaadstation 0020160752_00
Inhoud
1 Veiligheid.............................................................. 3
1.1 Waarschuwingen bij handelingen.......................... 3
1.2 Reglementair gebruik............................................. 3
1.3 Algemene veiligheidsinstructies ............................ 3
1.4 CE-markering......................................................... 3
1.5 Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen) ............ 4
2 Aanwijzingen bij de documentatie..................... 5
2.1 Originele gebruiksaanwijzing................................. 5
2.2 Aanvullend geldende documenten in acht
nemen.................................................................... 5
2.3 Documenten bewaren ........................................... 5
2.4 Geldigheid van de handleiding .............................. 5
3 Toestel- en functiebeschrijving.......................... 5
3.1 Opbouw ................................................................. 5
4 Installatie .............................................................. 6
4.1 Zonnelaadstation opbergen en transporteren ....... 6
4.2 Leveringsomvang controleren ............................... 6
4.3 Opstellingsplaats kiezen........................................ 6
4.4 Zonnelaadstation monteren................................... 6
4.5 Veiligheidsgroep, zonnevoorschakelvat en
zonne-expansievat monteren ................................ 9
4.6 Collectorveld van buizen voorzien....................... 10
4.7 Zonnesysteem vullen en ontluchten .................... 10
4.8 Zonnelaadstation elektrisch aansluiten ............... 12
4.9 Zonnelaadstation sluiten...................................... 13
5 Ingebruikneming................................................ 13
5.1 Additieven ............................................................ 13
5.2 Installatieassistent starten ................................... 13
5.3 Taal instellen........................................................ 13
5.4 Tijd instellen......................................................... 14
5.5 Datum instellen .................................................... 14
5.6 Toepassingsbereik instellen ................................ 14
5.7 Grootte installatie instellen .................................. 14
5.8 Standplaats instellen............................................ 14
5.9 Systeem ontluchten ............................................. 14
5.10 Testprogramma installatieweerstand
uitvoeren .............................................................. 14
5.11 Contactgegevens registreren .............................. 14
5.12 Installatieassistent afsluiten................................. 15
6 Bediening ........................................................... 15
6.1 Bedieningsconcept van het zonnelaadstation ..... 15
6.2 Installateurniveau oproepen ................................ 15
7 Overdracht aan de gebruiker............................ 16
8 Storingen herkennen en verhelpen ................. 17
9 Inspectie, onderhoud en
reserveonderdelen............................................. 19
9.1 Product onderhouden .......................................... 19
9.2 Reserveonderdelen aankopen ............................ 19
9.3 Onderhoudswerkzaamheden uitvoeren............... 19
10 Zonnelaadstation buiten bedrijf stellen........... 20
11 Recycling en afvoer........................................... 20
12 Technische gegevens ....................................... 21
12.1 Afmetingen........................................................... 21
12.2 Technische gegevens.......................................... 21
12.3 Hydraulisch schema en schakelschema ............. 22
12.4 Restopvoerhoogtes.............................................. 22
12.5 Buisdiameter........................................................ 24
13 Serviceteam........................................................ 27
Veiligheid 1
0020160752_00 Zonnelaadstation Installatie- en onderhoudshandleiding 3
1 Veiligheid
1.1 Waarschuwingen bij handelingen
Classificatie van de waarschuwingen bij handelin-
gen
De waarschuwingen bij handelingen zijn als volgt door waar-
schuwingstekens en signaalwoorden aangaande de ernst
van het potentiële gevaar ingedeeld:
Waarschuwingstekens en signaalwoorden
Gevaar!
Direct levensgevaar of gevaar voor ernstig licha-
melijk letsel
Gevaar!
Levensgevaar door een elektrische schok
Waarschuwing!
Gevaar voor licht lichamelijk letsel
Opgelet!
Kans op materiële schade of milieuschade
1.2 Reglementair gebruik
Er kan bij ondeskundig of oneigenlijk gebruik gevaar ont-
staan voor lijf en leven van de gebruiker of derden resp.
schade aan het product en andere voorwerpen.
Het zonnelaadstation VPM/2 S is ontworpen om het verwar-
mingswater in het buffervat VPS/3 op te warmen. Een instal-
latie met andere boilers is rekening houdende met de interne
regeling mogelijk.
Het zonnelaadstation VPM/2 S mag alleen met Vaillant kant-
en-klare collectorvloeistof gebruikt worden.
Het zonnelaadstation VPM/2 S is niet bestemd voor de di-
recte bereiding van warm water.
Het reglementaire gebruik houdt in:
–het naleven van de bijgevoegde gebruiks-, installatie- en
onderhoudshandleidingen van het Vaillant-product en
van alle andere componenten van de installatie
–het naleven van alle in de handleidingen vermelde in-
spectie- en onderhoudsvoorwaarden.
Het gebruik van het product in voertuigen, zoals bijv. cam-
pers of woonwagens, geldt als niet volgens de bestemming.
Niet als voertuigen gelden eenheden die permanent en stati-
onair geïnstalleerd zijn (zogenaamde stationaire installatie).
Het installeren en gebruiken van het product op plaatsen
waar het mogelijk aan vocht of spatwater blootgesteld wordt,
is niet reglementair.
Een ander gebruik dan het in deze handleiding beschreven
gebruik of een gebruik dat van het hier beschreven gebruik
afwijkt, geldt als niet reglementair. Als niet reglementair ge-
bruik geldt ook ieder direct commercieel of industrieel ge-
bruik.
Attentie!
Ieder misbruik is verboden.
1.3 Algemene veiligheidsinstructies
1.3.1 Vorstgevaar
Als het product langere tijd (bijv. wintervakantie) in een on-
verwarmde ruimte buiten gebruik blijft, dan kan het verwar-
mingswater in het product en in de buizen bevriezen.
â–¶Bewaar het zonnelaadstation VPM/2 S in vorstvrije zo-
nes.
â–¶Installeer het zonnelaadstation VPM/2 S in een droge en
volledig vorstvrije opstellingsruimte.
1.3.2 Materiële schade door ondeskundig
gebruik en/of ongeschikt gereedschap
Ondeskundig gebruik en/of ongeschikt gereedschap kan
schade veroorzaken (bv. gas- of waterlekkages).
â–¶Om schroefverbindingen vast te draaien of te lossen,
gebruikt u principieel passende steeksleutels, maar geen
buistangen, verlengingen enz.
1.3.3 Materiële schade door ondichtheden
â–¶Zorg ervoor dat aan de aansluitleidingen geen mechani-
sche spanningen ontstaan.
â–¶Hang geen lasten aan de buizen (bijv. kleding).
1.3.4 Gevaar door veranderingen in de
productomgeving
â–¶Als er veranderingen in de omgeving van het product de
bedrijfszekerheid van het systeem kunnen beïnvloeden,
breng dan geen veranderingen aan:
–aan het product
–aan het buffervat VPS/3
–aan de toevoerleidingen voor gas, verbrandingslucht,
water en spanning
–aan de afvoerleiding en aan de veiligheidsklep voor de
collectorvloeistof
–aan de bouwsubstantie
1.3.5 Veiligheidsafstand
Als de buis tussen toestel en collectorveld kort is dan 5 m,
dan kan bij stagnatie van de zonnecollectoren damp tot in
het toestel dringen.
Als de buis langer is dan 30 m, dan kan de pompkick voor
het controleren van de collectortemperatuur niet altijd perfect
uitgevoerd worden.
â–¶Zorg ervoor dat de buis tussen toestel en collectorveld
minstens 5 m en maximaal 30 m lang is.
1.4 CE-markering
Met de CE-markering wordt aangegeven dat de producten
volgens het typeplaatje voldoen aan de fundamentele vereis-
ten van alle toepasbare richtlijnen.
De conformiteitsverklaring kan bij de fabrikant geraadpleegd
worden.


Product specificaties

Merk: Vaillant
Categorie: Diversen klimaatbeheersing
Model: Auroflow VPM

Heb je hulp nodig?

Als je hulp nodig hebt met Vaillant Auroflow VPM stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden




Handleiding Diversen klimaatbeheersing Vaillant

Handleiding Diversen klimaatbeheersing

Nieuwste handleidingen voor Diversen klimaatbeheersing