Garmin Meteor 300 Handleiding

Garmin Hifi systeem Meteor 300

Lees hieronder de 📖 handleiding in het Nederlandse voor Garmin Meteor 300 (19 pagina's) in de categorie Hifi systeem. Deze handleiding was nuttig voor 38 personen en werd door 2 gebruikers gemiddeld met 4.5 sterren beoordeeld

Pagina 1/19
Meteor 300 installatie-instructies
KENNISGEVING
Wijzigingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk zijn
goedgekeurd door de partij die verantwoordelijk is voor naleving
kunnen ertoe leiden dat de bevoegdheid van de gebruiker om
de apparatuur te gebruiken komt te vervallen.
Het Garmin Meteor toestel speelt uw media overal op uw boot
af. Het kan worden aangesloten op uw NMEA 2000
® netwerk en
wordt bediend via uw aangesloten Garmin toestellen of via een
optionele afstandsbediening.
Belangrijke veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
Lees de gids in de Belangrijke veiligheids- en productinformatie
verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke
informatie.
LET OP
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een
stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
KENNISGEVING
Controleer voordat u gaat boren of zagen wat zich aan de
andere kant van het oppervlak bevindt.
Het toestel registreren
Vul de onlineregistratie nog vandaag in, zodat wij u beter
kunnen helpen.
Ga naar .http://my.garmin.com
Bewaar uw originele aankoopbewijs of een fotokopie op een
veilige plek.
Contact opnemen met Garmin Product
Support
Ga naar en klik op www.garmin.com/support Contact
Support voor ondersteuningsinformatie in uw regio.
Bel in de VS met (913) 397.8200 of (800) 800.1020.
Bel in het VK met 0808 2380000.
Bel in Europa met +44 (0) 870.8501241.
De nieuwe software op een geheugenkaart
laden
Het toestel bevat mogelijk een geheugenkaart met een
software-update. Als dat het geval is, volgt u de instructies die
bij de kaart zijn geleverd. Als er geen geheugenkaart met een
software-update is inbegrepen, moet u de software-update zelf
naar een geheugenkaart kopiëren.
1Plaats een geheugenkaart in de kaartuitsparing van de
computer.
2Ga naar .www.garmin.com/support/software/marine.html
3Selecteer naast “Garmin Marine Network with Downloaden
SD card.”
4Lees en accepteer de voorwaarden.
5Selecteer .Downloaden
6Selecteer .Hardlopen
7Selecteer het station van de geheugenkaart en selecteer
vervolgens > .Volgende Voltooien
De software van het toestel bijwerken
Voordat u de software kunt bijwerken, moet u beschikken over
een software-update op een geheugenkaart of de nieuwste
software zelf op een geheugenkaart laden.
1Schakel de kaartplotter in.
2Nadat het startscherm verschijnt, plaatst u de geheugenkaart
in de kaartsleuf.
OPMERKING: De instructies voor de software-update
verschijnen alleen als het toestel volledig is opgestart
voordat u de kaart plaatst.
3Volg de instructies op het scherm.
4Wacht enkele minuten totdat de software-update is voltooid.
Het toestel werkt weer normaal zodra het software-
updateproces is voltooid.
5Verwijder de geheugenkaart.
OPMERKING: Als de geheugenkaart wordt verwijderd
voordat het toestel opnieuw is opgestart, is de software-
update niet voltooid.
Aandachtspunten bij de montage
LET OP
Bij hoge temperaturen en intensief gebruik, kan de behuizing
van het toestel dermate heet worden dat het kan leiden tot letsel
bij aanrakingen. Het toestel moet op een locatie worden
geïnstalleerd waar het tijdens de bediening niet wordt
aangeraakt.
KENNISGEVING
Dit toestel dient te worden gemonteerd op een locatie die niet
wordt blootgesteld aan extreme temperaturen of
omstandigheden. Het temperatuurbereik voor dit toestel wordt
vermeld in de productspecificaties. Langdurige blootstelling aan
temperaturen boven het opgegeven temperatuurbereik, in
opslag- of gebruiksomstandigheden, kan tot storingen in het
toestel leiden. Schade door extreme temperaturen en
gerelateerde gevolgen vallen niet onder de garantie.
Het toestel moet worden gemonteerd op een locatie waar het
niet zal worden ondergedompeld.
Het toestel moet worden gemonteerd op een locatie met
voldoende ventilatie waar het niet wordt blootgesteld aan
extreme temperaturen.
Het toestel moet zo worden gemonteerd dat de kabels
eenvoudig kunnen worden aangesloten.
Ten behoeve van IPX3-bescherming tegen binnendringend
water en optimale koeling van de warmteafvoer, dient het
apparaat te worden gemonteerd op een verticaal oppervlak
met de aansluitingen naar beneden gericht.
Het toestel kan worden bevestigd op een horizontaal
oppervlak, maar dan beschikt u mogelijk niet over IPX3-
bescherming tegen binnendringend water.
Ter voorkoming van interferentie met een magnetisch
kompas, dient het toestel op ten minste 203 mm (8 inches)
afstand van een kompas te worden geïnstalleerd.
Het toestel bevestigen
KENNISGEVING
Als u de beugel met schroeven bevestigt op glasvezel, kunt u
het beste bij het boren met een kleine verzinkboor alleen in de
bovenste gellaag een kleine verdieping aanbrengen. U
voorkomt hiermee dat er scheuren in de gellaag ontstaan als de
schroeven worden aangedraaid.
Roestvrijstalen schroeven kunnen zich gaan binden wanneer ze
in het glasvezel worden geschroefd en te strak worden
Juli 2014 Gedrukt in Thailand 190-01685-75_0B
aangedraaid. Garmin raadt het aanbrengen van zuurvrij
smeermiddel op schroeven aan voordat u deze installeert.
Voordat u het toestel bevestigt, moet u een bevestigingslocatie
selecteren en het montagemateriaal kiezen dat geschikt is voor
het oppervlak.
OPMERKING: Het bij het toestel geleverde
bevestigingsmateriaal is mogelijk niet geschikt voor het
montageoppervlak.
1Plaats het toestel op de gewenste montagelocatie en
markeer de locatie van de montagegaten.
2Boor het desbetreffende montagegat voor één hoek van het
toestel.
3Bevestig deze hoek van het toestel losjes aan het
montageoppervlak en controleer de andere drie markeringen
van de montagegaten.
4Markeer eventueel opnieuw de montagegaten en verwijder
het toestel van het montageoppervlak.
5Boor de montagegaten voor de andere drie markeringen.
6Bevestig het toestel aan het montageoppervlak.
Aandachtspunten bij de aansluiting
Het toestel moet worden aangesloten op een voeding, ofwel de
contactschakelaar van de boot of een externe schakelaar, een
NMEA 2000 netwerk, luidsprekers en media-invoerbronnen om
goed te functioneren. U dient de lay-out van het toestel, het
NMEA 2000 netwerk, de luidsprekers en uw invoerbronnen
zorgvuldig te plannen voordat u de aansluitingen maakt.
Connectoraanduiding
Connector Sluit aan op
ANT Externe AM/FM-antenne
AUX1 IN Stereo RCA aux-bron op lijnniveau
AUX2 IN Stereo RCA aux-bron op lijnniveau
ZONE 3 Aparte versterker en luidsprekers
SUB OUT Mono subwoofer op lijnniveau (gekoppeld aan ZONE 3)
NMEA 2000 NMEA 2000 netwerk
ACCESSORY Gereserveerd voor toekomstig gebruik
USB USB-compatibel media-apparaat
ÀVoeding en luidsprekers
ÁGereserveerd voor toekomstig gebruik
Draadaanduiding
Draadfunctie Draadkleur Opmerkingen
Voeding (+) Geel Deze draad dient te worden
aangesloten op een constante 12
V gelijkstroomvoeding die 15
Ampère kan leveren.
Aarding (-) Zwart
Startcontact Rood Deze draad dient te worden
aangesloten op een aparte
geschakelde 12 V
gelijkstroomverbinding, zoals een
startcontact, om het toestel in of
uit te schakelen. Als u geen
geschakelde 12 V
gelijkstroomaansluiting gebruikt,
dient u deze draad aan te sluiten
op dezelfde bron als de gele
voedingsdraad.
Draadfunctie Draadkleur Opmerkingen
Versterker aan Blauw/wit Deze draad wordt alleen
aangesloten bij gebruik van een
externe versterker op ZONE 3
(optioneel)
Dempen Bruin/wit Indien aangesloten op de aarding,
dempt deze het geluid of schakelt
de ingang naar AUX2. Deze
functie kan worden geselecteerd
via het instellingenmenu.
Luidsprekerzone 1
links (+)
Wit
Luidsprekerzone 1
links (-)
Wit/zwart
Luidsprekerzone 1
rechts (+)
Grijs
Luidsprekerzone 1
rechts (-)
Grijs/zwart
Luidsprekerzone 2
links (+)
Groen
Luidsprekerzone 2
links (-)
Groen/zwart
Luidsprekerzone 2
rechts (+)
Paars
Luidsprekerzone 2
rechts (-)
Paars/zwart
Aansluiten op de voeding
Wanneer het toestel wordt aangesloten op de voeding, is het
belangrijk om beide voedingsdraden aan te sluiten. De gele
voedingsdraad moet direct op de accu worden aangesloten, of
moet worden aangesloten met een 15 Ampère
isolatieschakelaar. Deze levert stroom aan het toestel en een
constante druppelstroom in stand-by. De rode signaaldraad
dient te worden aangesloten op de accu via het contactslot of
een andere handmatige schakelaar om het toestel in of uit te
schakelen.
Gebruik draden met een doorsnede van 2,08 mm² (14 AWG)
als de voedings- of aardedraden moeten worden verlengd.
Gebruik draden met een doorsnede van 3,31 mm² (12 AWG)
voor verlengingen van meer dan 1 m (3 ft.).
Gebruik draden met een doorsnede van 0,33 mm² (22 AWG)
als de rode signaaldraad moet worden verlengd.
1Leid de gele voedingsdraad À en zwarte aardedraad Á naar
de accu en leid de stekker van de draadboom naar het
toestel.
Sluit de draadboom niet aan op het toestel totdat alle
blootliggende draadverbindingen zijn aangesloten.
2Sluit de gele draad aan op de positieve pool van de accu (+)
en de zwarte draad op de negatieve pool van de accu (-).
3Leid de rode signaaldraad
 naar het contactslot of een
andere handmatige schakelaar Ã.
Aandachtspunten bij de NMEA 2000 verbinding
Het toestel wordt aangesloten op een NMEA 2000 netwerk op
uw boot met de meegeleverde NMEA 2000 kabel en connector.
Via het NMEA 2000 netwerk kunt u het toestel bedienen met
behulp van een aangesloten Garmin toestel of een optionele
2
afstandsbediening. Als u nog geen bestaand NMEA 2000
netwerk op uw boot hebt, moet u dit opzetten.
OPMERKING: De meegeleverde NMEA 2000 netwerkkabel
moet worden gebruikt om het toestel aan te sluiten op het
NMEA 2000 netwerk. Een standaard NMEA 2000 netwerkkabel
is niet direct compatibel met de connector op het toestel. De
meegeleverde kabel kan echter met een standaard NMEA 2000
kabel worden verlengd tot een maximum lengte van 2 m (6 ft.).
Als u niet vertrouwd bent met NMEA 2000, kunt u het beste het
hoofdstuk 'NMEA 2000 Network Fundamentals' van de
Technical Reference for NMEA 2000 Products lezen. Selecteer
Handleidingen op de productpagina voor uw toestel op
www.garmin.com.
Onderdeel Beschrijving
ÀMeteor 300 toestel
ÁGarmin toestel
ÂStartschakelaar of onderbrekingsschakelaar
ÃNMEA 2000 voedingskabel
ÄMeteor 300 NMEA 2000 netwerkkabel
Deze kan worden verlengd tot een maximum lengte van 2
m (6 ft.) met een standaard NMEA 2000 kabel.
ÅNMEA 2000 netwerkkabel
ÆVoedingsbron met 12 V gelijkstroom
ÇNMEA 2000 afsluitweerstand of backbone-kabel
ÈNMEA 2000 T-connector
ÉNMEA 2000 afsluitweerstand of backbone-kabel
Aandachtspunten bij de aansluiting van de
subwoofer
Dit toestel biedt alleen ondersteuning voor uitvoer naar een
actieve subwoofer van ZONE 3 (optioneel).
De subwoofer-poort op het toestel geeft een mono signaal op
lijnniveau via beide RCA-connectors. Het audioniveau van deze
uitgang is gekoppeld aan ZONE 3.
Als uw subwoofer-versterker over twee RCA-ingangen
beschikt, moet u beide connectors met het toestel verbinden.
Als uw subwoofer-versterker over één RCA-ingang beschikt,
kunt u deze verbinden met een van de RCA-connectors van
de subwoofer-uitgang op het toestel, aangezien de twee
RCA-subwoofer-uitgangen parallel zijn.
Omdat de subwoofer-uitgang is gekoppeld aan de ZONE 3
uitgang, moet u de blauwe draad van de draadboom
aansluiten op de subwoofer-versterker om een signaal te
geven om de versterker in te schakelen.
Aandachtspunten bij de ZONE 3 verbinding
Naast de twee stereo luidsprekerzones die beschikbaar zijn via
de draadboom, ondersteunt dit apparaat de verbinding met een
aparte versterker en luidsprekers via de ZONE 3 poort
(optioneel).
De blauwe draad van de draadboom moet worden
aangesloten op de versterker om een signaal te verzenden
waarmee de versterker met het toestel wordt ingeschakeld.
Gebruik als u deze blauwe signaaldraad moet verlengen,
een draad met een doorsnede van 0,33 mm² (22 AWG).
De audio-uitvoer is een stereo uitvoer op lijnniveau over een
standaard RCA-kabel.
Het volume en de balans van de versterker wordt bediend
via de interface op een aangesloten Garmin toestel of via
een optionele Meteor afstandsbediening.
Installeren van de externe USB-aansluiting
Voordat u de USB-aansluiting installeert, moet u controleren of
de kabel lang genoeg is voor de afstand tussen de
montagelocatie en de USB-poort op de achterkant van het
toestel.
Om te zorgen voor een goede afdichting, mag het
montageoppervlak niet dikker zijn dan 12 mm (½ inch).
1Verwijder de moer À, de beschermkap Á en de rubberen
ring  van de USB-aansluiting.
2Markeer de montagelocatie voor de USB-aansluiting en boor
een gat van 20 mm (¾ inch) in het montageoppervlak.
3Steek vanaf de achterzijde van het montageoppervlak de
USB-aansluiting in het gat.
Voor een correcte stand van de USB-aansluiting, dient het
vlakke deel van de houder à naar links te zijn gericht
wanneer u de voorkant van de houder bekijkt.
4Plaats de rubberen ring en beschermkap op de USB-
aansluiting, en maak de houder op het oppervlak vast met
behulp van de moer.
5Leid de USB-kabel naar het toestel en sluit de kabel aan op
de USB-poort.
Installeren van de 3,5 mm-aansluiting
Voordat u de 3,5 mm-aansluiting installeert, moet u controleren
of de kabel lang genoeg is voor de afstand tussen de
montagelocatie en de aux-poort op de achterkant van het
toestel. De kabel kan worden verlengd met een standaard
stereo RCA-verlengkabel, indien nodig.
Om te zorgen voor een goede afdichting, mag het
montageoppervlak niet dikker zijn dan 15 mm ( 5/8 inch).
1Verwijder de moer À van de 3,5 mm-aansluiting en haal
deze los van de aangesloten kabel door één RCA-connector
Á tegelijk door de moer te halen.
Verwijder de beschermkap  niet van de 3,5 mm-
aansluiting.
3


Product specificaties

Merk: Garmin
Categorie: Hifi systeem
Model: Meteor 300

Heb je hulp nodig?

Als je hulp nodig hebt met Garmin Meteor 300 stel dan hieronder een vraag en andere gebruikers zullen je antwoorden




Handleiding Hifi systeem Garmin

Handleiding Hifi systeem

Nieuwste handleidingen voor Hifi systeem